Norm blijft 30 dagen
Onder de nieuwe wet blijft de in Nederland gebruikelijke norm van 30 dagen leidend. De overheid is en blijft zelfs verplicht binnen 30 dagen te betalen. Bedrijven mogen onderling afwijken van de norm, zij het tot een maximum van zestig dagen. Contracten die na 1 juli 2017 zijn gesloten moeten aan de betaaltermijn van (uiterlijk) zestig dagen voldoen. Bestaande contracten kunnen nog tot 1 juli 2018 worden aangepast. Dit is makkelijker gezegd dan gedaan.
Verborgen risico’s en vraagstukken
Allereerst moet je als corporate in kaart brengen wie van je leveranciers tot het mkb behoort. Dit kan door financiële gegevens op te vragen of door een zelfevaluatiebrief te sturen. Daarnaast heeft ieder bedrijf een doorlooptijd als het om de verwerking en betaling van facturen gaat. Het inboeken, goedkeuren en betalen van een factuur: hier kan veel tijd in zitten, soms meer dan 60 dagen.
Verder roept de maximale betaaltermijn ook vragen op omtrent het kapitaal. Wat betekent het voor de cashpositie? Is de liquiditeit voldoende om de verkorte betaaltermijn te overbruggen? Wat zijn mogelijke rentekosten van eventuele vorderingen en is hierop gerekend?
Consequenties overtreding Wet Betaaltermijn
Een contract waarin een betalingstermijn van langer dan zestig dagen is opgenomen, is nietig. De betalingstermijn valt dan automatisch terug tot 30 dagen. Ook heeft de leverancier recht op een vergoeding van de huidige wettelijk handelsrente van 8% procent. Deze rente kan zelfs tot vijf jaar na dato worden opgeëist.